De lage-emissiezone blijft zijn vruchten afwerpen in het Brussels Gewest. Door de aanpassing van het wagenpark te versnellen, draagt het bij tot de verbetering van de luchtkwaliteit en het behoud van de gezondheid van de Brusselaars. Dat is een van de belangrijkste lessen uit de ‘Evaluatie van de lage-emissiezone 2024’ van Leefmilieu Brussel.
Vermindering van het wegverkeer, de voornaamste bron van de uitstoot van stikstofoxiden (NOx)
Het wegverkeer is de op één na grootste bijdrager aan de uitstoot van fijne deeltjes in de hoofdstad. Sinds de invoering ervan heeft de LEZ, bij een constant verkeersvolume, de uitstoot van het wegverkeer weten te verminderen met:
| Uitsoot | 2018-2024 |
| Stikstofoxide | 55% |
| Fijnstof | 33% |
| Black Carbon | 62% |
In het metrostation van Kunst-Wet daalden de NO2-concentraties tussen 2018 en 2024 met 46%. Door stapsgewijs de meest vervuilende voertuigen te verbieden, heeft de LEZ dus impact en draagt het, samen met de modal shift, bij aan de verbetering van de luchtkwaliteit.
De geleidelijke verandering van het wagenpark
Hoewel de overstap van diesel- naar benzinemotoren in 2024 is vertraagd, nam het aandeel elektrische auto’s aanzienlijk toe. Begin 2025 bestond het wagenpark in Brussel uit 69% benzinewagens, 23% dieselwagens en 8% volledig elektrische wagens. De elektrificatie van het wagenpark, ondersteund door het fiscale beleid daaromtrent, is vooral uitgesproken bij bedrijfswagens. In 2024 waren die goed voor 27% van de inschrijvingen in België. Voor particulieren daarentegen blijft de elektrificatie voorlopig beperkt (1,2%). De toename van het aantal laadpalen in de hoofdstad en de Europese regelgeving (zoals het geplande verbod op de verkoop van verbrandingsmotoren vanaf 2035) zou de komende jaren voor een versnelling moeten zorgen.
Een uitdaging die nog steeds actueel is voor de gezondheid
Volgens de recentste cijfers van de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu (IRCEL), heeft luchtvervuiling in 2024 meer dan 4.000 vroegtijdige overlijdens veroorzaakt in België, waarvan sommige worden veroorzaakt door blootstelling aan meerdere verontreinigende stoffen: 4.102 sterfgevallen zijn te wijten aan blootstelling aan fijnstof (PM2.5), 1.264 aan blootstelling aan stikstofdioxide (NO2), en 2.570 aan blootstelling aan ozon (O3).
Volgens de metingen via de officiële meetstations in het Brussels Gewest worden de huidige Europese normen voor de voornaamste vervuilende stoffen nageleefd, maar dat is niet overal het geval voor NO2 in het secundaire meetnetwerk. Om de toekomstige Europese normen voor 2030 te halen en om te voldoen aan de aanbevelingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) moeten er nog inspanningen geleverd worden.
2025, een belangrijke mijlpaal
De mijlpaal van 2025, die in werking trad na de uitspraak van het Grondwettelijk Hof in september vorig jaar, is bijzonder belangrijk voor het verder terugdringen van de concentraties van verontreinigende stoffen.
Voortaan mogen voertuigen met dieselmotor euronorm 5, benzinevoertuigen met euronorm 2 (personenwagens, bestelwagens, bussen en vrachtwagens) evenals benzinemotorfietsen die niet minstens aan de euronorm 3 voldoen, niet langer rondrijden in de hoofdstad. Die categorie omvat 8% van het wagenpark dat momenteel in het Brussels Gewest rondrijdt en is verantwoordelijk voor meer dan 40% van de NOx-uitstoot van het vervoer en voor een aanzienlijke hoeveelheid fijnstof.
Nuttige links
- Het artikel op Leefmilieu Brussels
- Praktische informatie over de LEZ en hoe deze werkt
- Raadpleeg het evaluatierapport 2024 over de LEZ
