Belasting-reglement op verhuurde gemeubelde kamers en gemeubelde appartementen in, private woningen, logeerhuizen , pensions of gelijkwaardige inrichtingen

Artikel 1

Er wordt ten bate van de gemeente Oudergem, vanaf 1 januari 2026 tot 31 december 2031, een gemeentebelasting gevestigd op het ter beschikking stellen en de verhuur van gemeubelde kamers op appartementen in private woningen aan personen die niet ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters van Oudergem.

Artikel 2

De belasting is verschuldigd door natuurlijke persoon of rechtspersoon, onder welke vorm of benaming ook, die de logies verhuurt aan personen die niet ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters van Oudergem.

De belasting wordt geïnd zelfs als de gebruikte meubelen in het goed het onderwerp zijn van een apart huurcontract of apart gebruik van hoofdwoning.

De eigenaars van de door het reglement bedoelde gemeubelde woonruimten zijn hoofdelijk verantwoordelijk voor de betaling van de belasting.

Artikel 3

Zijn van de belasting vrijgesteld :

De uitbater van een toeristisch accommodatie onderworpen aan de ordonnantie van 23 december 2016 betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristische logies  ;

De kostscholen en andere onderwijsinrichtingen, de klinieken en alle organismen die een liefdadig of sociaal doel nastreven en de jeugdherbergen.

Artikel 4

De belasting is vastgesteld op driehonderdvijftig euro's (350 €) per jaar en per woning, welke ook de duur van de bezetting zijnde.

Nochtans wordt de belasting op e vijfenzestig euro (65 €) teruggebracht voor zover de uitbater het bewijs kan inleveren dat de woning bezet is door een student die zijn hoedanigheid kan bewijzen

Vanaf het belastingjaar 2027, worden de belastingtarieven elk belastingjaar aangepast aan de hand van de consumptieprijsindex die op de website van Stabel wordt gepubliceerd. Ze worden elk jaar op 1 januari aangepast aan de index van januari van het voorgaande jaar volgens de formule R x (i/I), waarbij:

  • R = hierboven vastgestelde belastingtarieven
  • i = index van de maand januari van het lopende jaar
  • I = index van de maand januari van het afgelopen jaar (basis 2013 = 100)

De aangepaste belastingtarieven worden naar boven afgerond op twee decimalen.

Artikel 5

De belasting wordt geïnd door inkohiering.

Het Gemeentebestuur richt een aangifteformulier aan de belastingplichtige, dat hij, naar behoren ingevuld, gedateerd en ondertekend, moet terugsturen binnen een maand na de verzenddatum.

Belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, moet er een aanvragen vóór 15 januari van het jaar dat volgt op het aanslagjaar.

De aangifte blijft geldig totdat deze wordt ingetrokken. Bij wijzigingen moet de belastingplichtige binnen tien dagen na de wijziging spontaan een nieuwe aangifte indienen.

Artikel 6

Bij gebrek aan aangifte binnen de bepaalde termijn of onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte door de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd op basis van de gegevens waarover de gemeente beschikt.

Alvorens tot ambtshalve belastingheffing over te gaan, stelt het gemeentebestuur de belastingplichtige bij aangetekende brief in kennis van de redenen voor deze procedure, de elementen waarop de belasting wordt gebaseerd, de wijze waarop deze elementen worden bepaald en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van de kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk in te dienen.  De belastingplichtige moet de juistheid van de door hem aangevoerde elementen bewijzen.

Het gemeentebestuur zal overgaan tot ambtshalve heffing op basis van de elementen waarop de inkohiering gevestigd is en die vooraf aan de belastingplichtige werden gemeld, indien de belastingplichtige na afloop van deze termijn geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering van deze procedure rechtvaardigen

De ambtshalve ingekohierde belastingen worden verhoogd als volgt:

  • eerste ambtshalve inkohiering: 20% van het verschuldigde of geraamde verschuldigd recht;
  • tweede ambtshalve inkohiering: 50 % van het verschuldigde of geraamde verschuldigd recht;
  • vanaf de derde ambtshalve inkohiering: 100% van het verschuldigde of geraamde verschuldigd recht.

Artikel 7

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de ordonnantie betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zijn van toepassing op de gemeentebelastingen de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 8 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat Wetboek voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen, alsook het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet fiscale schuldvorderingen, met uitzondering van de artikelen 43 tot en met 48, van toepassing op dit belastingreglement voor zover ze niet specifiek de in dit Wetboek bepaalde  fiscale schuldvorderingen  betreffen.