Bijzonder bestemmingsplan n°6 - Gedeeltelijke opheffing - Beslissing tot opening van de procedure

De Raad,
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, met name artikel 117;
Gelet op het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO), in het bijzonder op de artikelen 40 en 57/1;
Gelet op het gewestelijk bestemmingsplan (GBP) dat op 3 mei 2001 door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering werd aangenomen en op 2 mei 2013, 6 juli 2017 en 29 maart 2018 werd gewijzigd;
Rekening houdend met het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling dat op 12 juli 2018 door de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd aangenomen;
Gelet op de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV) die op 21 juni 2006 door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering werd aangenomen;
Gelet op het Bijzonder bestemmingsplan nr. 6 (BBP nr. 6), aangenomen door de gemeenteraad van Oudergem op 18 januari 1980 en goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 8 februari 1985;
Aangezien BBP nr. 6, zoals goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 8 februari 1985, de volgende zes huizenblokken omvat:
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de Henri Schoofslaan, de Waversesteenweg, de Strategiestraat en de Triomflaan;
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de Strategiestraat, de Waversesteenweg, de Koninklijke Jachtstraat en de Triomflaan;
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de Koninklijke Jachtstraat, de Waversesteenweg en de A. Kellerstraat;
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de Koninklijke Jachtstraat, de C. Brassinelaan en de Triomflaan;
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de Waversesteenweg, A.  Kellerstraat, C. Brassinelaan, Triomflaan en L. Verstraetenstraat en de spoorlijnen;
  • het huizenblok dat wordt begrensd door de L. Verstraetenstraat, de Triomflaan, de Jules Cockxlaan en de spoorlijnen;
Dat het blok dat wordt begrensd door de Generaal Jacqueslaan, de Waversesteenweg, de Henri Schoofslaan en de Triomphelaan, van Koninklijke Besluit is uitgesloten;
Dat de gemeenteraad van Oudergem bij besluit van 19 december 2013, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 februari 2014, heeft beslist om BBP nr. 6 gedeeltelijk op te heffen om de herontwikkeling van het gemeentelijke schoolcomplex mogelijk te maken; dat een deel van het blok dat wordt begrensd door de Strategiestraat, de Waversesteenweg, de Koninklijke Jachtstraat en de Tromflaan aldus van het toepassingsgebied van BBP nr. 6 werd uitgesloten;
Aangezien onder de in het BBP nr. 6, zoals het nu van kracht is, gedefinieerde gebieden, de volgende zones voorkomen:
  • woon-, handels- en nijverheidsgebieden. Deze gebieden zijn gereserveerd "op het gelijkvloers voor handelszaken, kleine nijverheid, ambachten en middelgrote ondernemingen. De kantoren, de sociale diensten en opslagplaatsen die afhangen van een binnen de grenzen van het bijzonder plan gevestigde onderneming evenals kantoren voor de vrije beroepen zijn toegelaten op één verdieping van de gebouwen; de andere verdiepingen zijn voorbehouden voor de woonst [....]";
  • gebieden voor bijgebouwen met aangelegde daken. Deze gebieden zijn voorbehouden "voor werkplaatsen, handel en opslagplaatsen als aanvulling van de onderneming gevestigd binnen de grenzen van het bijzonder plan. Dit gebied mag eveneens bestemd worden voor aanleg van koeren en tuinen";
  • gebieden voor achtergebouwen. Deze gebieden laten dezelfde toepassingen toe als de gebieden voor bijgebouwen met aangelegde daken. Het verschil tussen deze twee gebieden bestaat uit verschillende regels voor dakbedekking;
Dat deze gebieden en de voorschriften die daarop van toepassing zijn, niet langer beantwoorden aan de evolutie van de behoeften van de gemeente en aan haar opvatting over de goede ruimtelijke ordening van de betrokken gebieden en bovendien niet in overeenstemming zijn met de doelstellingen die door de gemeente en het Gewest worden nagestreefd;
Aangezien enerzijds dat de vraag naar woningen blijft zeer groot, namelijk in de gemeente Oudergem, zowel voor de huursector als voor de koopsector; dat bovendien de kwaliteit van de huisvesting en van de leefomstandigheden in sommige gebieden van de gemeente met name in het oudste verstedelijkte deel langs de Waversesteenweg, minder goed zijn,; dat de bouw van nieuwe woningen en de verbetering van bestaande woningen een uitdaging is op gemeentelijk niveau en in het bijzonder in het gebied dat onder BBP nr. 6 valt;
Dat één van de hoofddoelstellingen van het Demografisch GBP erin bestaat een antwoord te bieden op de uitdaging van de demografische groei waarmee het Gewest wordt geconfronteerd en het tekort aan woningen op te vangen door te zorgen voor een harmonieuze samenlevingen een mix van de verschillende functies; dat het GPDO ook tot doel heeft meer woningen te produceren, zowel kwantitatief als kwalitatief;
Dat de woon-, handels- en nijverheidsgebieden – voor zover zij woningen op het gelijkvloerse verbieden - en de gebieden voor bijgebouwen met aangelegde daken en de gebieden met achtergebouwen - voor zover dat ze het mogelijk maken om de binnenterreinen van huizenblokken volledig te bouwen en voo zover dat zij elke residentiële ontwikkeling in het binnenterrein van de huizenblokken verbieden - de doelstellingen van de gemeente en de regio verhinderen, terwijl het GBP huisvesting als hoofdbestemming toestaat voor de gebieden die geografisch overeenkomen met die van BBP nr. 6, (woonwijk, gemengd gebied en gebied van algemeen belang of openbare dienstverlening);
Aangezien de voorschriften die van toepassing zijn op de gebieden voor bijgebouwen met aangelegde daken en gebieden met achtergebouwen daarentegen volledig verouderd zijn en niet langer voldoen aan de huidige opvatting van de gemeente over een goede ruimtelijke ordening, omdat zij werkplaatsen en opslagplaatsen in het binnenterrein van de huizenblokken mogelijk maken of zelfs opleggen;
Dat deze activiteiten niet kwalitatief zijn voor het binnenterrein van de huizenblokken en niet in overeenstemming met de leefomgeving van de bewoners van de woningen die in deze huizenblokken zijn toegestaan; dat de verbetering van de levensomstandigheden van de bewoners in dichtbevolkte of verkeersgevoelige gebieden, zoals in de Jachtwijk, ook een prioritaire doelstelling van de gemeente is;
Dat het GBP, maar ook de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV), tevens de ontwikkeling van bepaalde schadelijke activiteiten in het binnenterrein van de huizenblokken willen vermijden; dat hoewel het GBP bepaalde daarmee verenigbaar geachte bestemmingen - zoals woningen en voorzieningen van collectief belang of openbare diensten (zie de voorschriften van het GBP 1.5, 1° en 2.5, 2°) – toelaat, het GBP geen activiteiten, zoals werkplaatsen of opslagplaatsen, toestaat die aanzienlijke overlast veroorzaken en die niet verenigbaar zijn met de woningen en de continuïteit van de woningen in gevaar kunnen brengen, wat een rode draad is in de schriftelijke voorschriften van het GBP;
Aangezien de bovengenoemde problemen echter niet alle huizenblokken die onder BBP nr. 6 vallen, betreffen;
dat het in het bijzonder het blok dat wordt begrensd door de Henri Schoofslaan, de Waversesteenweg, de Stratégiestraat en de Triomphelaan, betreft, vooral het centrale deel; dat dit deel van het blok momenteel veel leegstaande of verlaten gebouwen herbergt, evenals gemeentelijke  eigendommen - met name in het binnenterrein van de huizenblokken - die moeten worden geherstructureerd; dat het potentieel voor woningbouw en voor de verbetering van het leefmilieu zeer groot is, maar dat de voorschriften die gelden voor woon-, handels- en nijverheidsgebieden, bijgebouwen met aangelegde daken en gebieden met achtergebouwen in de huidige situatie de realisatie van dit potentieel niet toestaan;
Dat de gemeente na de gedeeltelijk opheffing van BBP nr. 6 zou kunnen genieten van de essentiële planningshefbomen om haar voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten in het blok te reorganiseren, woningen te creëren en de leefomgeving van haar inwoners te verbeteren;
Dat de andere huizenblokken gelegen binnen de perimeter van het BBP daarentegen niet of slechts in beperkte mate worden beïnvloed door de hierboven uiteengezette voorschriften:
  • Sommige van deze andere huizenblokken zijn al volledig gewijd aan woningbouw zoals het bijvoorbeeld het geval is bij het huizenblok dat wordt begrensd door de Koninklijke Jachtstraat, de C. Brassinelaan en de Triomflaan;
  • Andere huizenblokken, ook al omvatten ze woon-, handels- en nijverheidsgebieden, bijgebouwen met aangelegde daken en gebieden met achtergebouwen, huisvesten in de feiten bijna uitsluitend woningen en tuinen en slechts een klein aantal commerciële activiteiten, voornamelijk in lint voor handelskernen in het GBP zoals het bijvoorbeeld het geval is bij het huizenblok dat wordt begrensd door de Koninklijke Jachtstraat, de Waversesteenweg en de A. Kellerstraat. De aanwezigheid van deze economische activiteiten in dit gebied maakt de wijk compleet en maakt het mogelijk om een bepaalde mix van functies te waarborgen, hetgeen bijdraagt aan de revitalisering van de wijk;
  • Andere huizenblokken hebben niet het potentieel voor de ontwikkeling van woningen en de verbetering van hun binnenterrein. Ze zijn volledig gebouwd en worden al vele jaren gebruikt door exploitaties, ook in het binnenterrein van de huizenblokken (bv. Midas en Ixina langs de Waversesteenweg of de Mercedes/Ferrari concessiehouder "Deman" langs de Triomflaan). Er is geen reden om aan te nemen dat de situatie op korte tot middellange termijn zal veranderen;
Dat voor deze huizenblokken de opheffing van BBP nr. 6 zonder nut zou zijn;
Aangezien de gedeeltelijke opheffing van BBP nr. 6, gelet op het voorgaande, moet worden beperkt tot het gebied dat in het bij dit overleg gevoegde plan door een rode grens wordt begrensd;
Aangezien bovendien de gedeeltelijke opheffing van BBP nr. 6, met betrekking tot het hierboven aangegeven toepassingsgebied, gerechtvaardigd is in plaats van de wijziging ervan;
Dat bij gebrek aan BBP, het GBP, dat voldoende gedetailleerde bestemmingsvereisten met drempelwaarden en eventuele overschrijdingsmogelijkheden onder controleerbare voorwaarden bevat, moet worden toegepast; dat deze voorschriften adequaat worden aangevuld met de voorschriften van GSV  die evenzeer voldoende nauwkeurige regels definiëren op het gebied van inplanting, gabariet en esthetiek;
Dat dit plan en deze reglementaire teksten blijven overeenstemmen met de hedendaagse visie van de gemeente op een goede ruimtelijke ordening en beantwoorden aan de doelstellingen van de Gemeente op het gebied van ruimtelijke ordening zodat het niet nodig is om BBP nr. 6 gedeeltelijk te wijzigen en het de voorkeur verdient te kiezen voor een gedeeltelijke opheffing van dit plan;
Aangezien ten slotte het ontwerpbesluit tot de gedeeltelijk opheffing van het BBP nr. 6 het voorwerp zal uitmaken van een milieueffectrapport overeenkomstig artikel 15/1 en 43 van het BWRO;
BESLIST:
  • het ontwerp van de gedeeltelijke opheffing van het BBP nr. 6 voorlopig goed te keuren en de in het plan in de bijlage aangegeven door een rode grens opheffingszone te handhaven;
  • het College op te dragen :
    • het "dossier" bedoeld in artikel 44, § 1 van het BWRO op te stellen en door te sturen naar Leefmilieu Brussel en Perspectieve.brussels;
    • een verslag op te stellen over de milieueffecten van deze gedeeltelijke opheffing;
    • alle procedurele formaliteiten van de artikelen 43 tot en met 49 van het BWRO op zich te nemen;
    • een volledig dossier toe te zenden zodat het een definitieve beslissing kan nemen over de gedeeltelijke opheffing van het BBP nr. 6, overeenkomstig artikel 50 van het BWRO.